PO-Raad: "grote uitdagingen onderwijs niet opgelost met meer centrale sturing"
10-04-2024
Met stevige taal als ‘een fundamentele herijking van het stelsel’ werd het IBO-rapport ‘Koersen op kwaliteit en kansengelijkheid’ een jaar geleden aangegrepen als pleidooi voor meer centrale sturing vanuit Den Haag. Belangrijke constatering uit het rapport was dat er sprake was van sturingsoverload in de sector. Uit de Kamerbrief van demissionair minister Paul rondom sturing in het funderend onderwijs blijkt dat OCW deze sturingsoverload terug wil dringen door méér centrale sturing. Een gemiste kans, vindt de PO-Raad. De grote uitdagingen in de sector los je niet op met meer regelgeving. Dit artikel verscheen eerder op PO-Raad.nl De Kamerbrief van 5 april 2024, is een vervolg op het interdepartementaal beleidsonderzoek (IBO) ‘Koersen op kwaliteit en kansengelijkheid’ en de beleidsreactie hierop van minister Wiersma van april vorig jaar. Het IBO moest antwoord geven op de vraag hoe het Rijk kan sturen om de onderwijskwaliteit en kansengelijkheid in het funderend onderwijs te verbeteren. De conclusie was duidelijk: uiteenlopende beelden over de rolverdeling tussen overheid en sector leiden tot ongemak, een gevoel van sturingsoverload en beleidsresistentie. Ook riepen de onderzoekers het Rijk en de onderwijssectoren op om samen een consistente visie te ontwikkelen op het onderwijsstelsel. Een terechte oproep volgens de PO-Raad: een gezamenlijke visie op doelen, sturing en rollen helpt de sector vooruit. Ook de Onderwijsraad adviseerde de overheid om niet centraler maar consistent te sturen. Onder andere door de verhoudingen tussen schoolorganisaties en de overheid te verduidelijken en te verbeteren vanuit het oogpunt van subsidiariteit en borging van publieke belangen. Belangrijke aanbeveling was ook dat de overheid moet stoppen met 'om het bestuur’ heen te sturen. Dit maakt het voor schoolbesturen moeilijk om hun rol te vervullen. Demissionair minister Paul beschrijft in haar Kamerbrief drie scenario’s, met als gemene deler dat de wijze van sturing door de overheid, medezeggenschap, bekostiging en arbeidsvoorwaarden in samenhang worden opgepakt. De scenario’s variëren van gereguleerde zelfsturing (Scenario A: ‘besturen aan zet’) tot actieve centrale sturing vanuit Den Haag (Scenario C: ‘scholen aan zet’). De minister heeft haar voorkeur uitgesproken voor scenario B. Dit scenario kan gepositioneerd worden tussen scenario’s A en C. In haar brief schetst de minister ook een aantal herkenbare verbeterpunten. De PO-Raad onderschrijft haar pleidooi voor meer professionalisering, het versterken van basisvaardigheden, structurele financiering en meer bestuurlijke samenwerking. ,,Het verbeteren van de onderwijskwaliteit en de kansengelijkheid zijn grote uitdagingen in onze sector. Het is terecht dat hier zorg over is, die zorg delen wij. Maar meer centrale sturing is het verkeerde antwoord op die terechte vraag. Wil de politiek echt bijdragen aan goed onderwijs voor ieder kind? Dan liggen de kansen elders. Ik noem bijvoorbeeld de overgang van het primair naar het voortgezet onderwijs en de samenhang van het onderwijsstelsel met de kinderopvang.”, aldus Freddy Weima, voorzitter PO-Raad. ,,Als PO-Raad staan wij voor goed onderwijs aan ieder kind. Wij stellen de maatschappelijke opgave van scholen centraal. Om hier goed invulling aan te geven is er voldoende ruimte nodig én een nauwe samenwerking tussen politiek, sector en partners, op basis van een gedeelde visie.” ,,Natuurlijk moet je ook de sector aanspreken op de grote uitdagingen waar we mee te maken hebben. We moeten verder werken aan professionalisering op alle niveaus: leraren, schoolleiders én bestuurders. Dat doen we onder meer door intensief samen te werken met de vakbonden en overheid bij de aanpak van de personeelstekorten. Met de ouderorganisaties, vakbonden en de vereniging van schoolleiders werken we aan verbetering van medezeggenschap en verduidelijking van de positie van de schoolleider”, aldus Weima. Uit de Kamerbrief blijkt ook dat er kritisch is gekeken naar de eigen rol van de overheid. De PO-Raad spreekt hier haar waardering voor uit. Er staat iedereen iets te doen, óók binnen de vereniging. Niet voor niets zijn de thema’s onderwijskwaliteit, onderwijskansen en onderwijsarbeidsmarkt de centrale thema’s uit hun Strategische Agenda. Samen met de leden werken ze aan versterking op deze thema’s. Door kennis te delen, partnerschappen aan te gaan en tools te ontwikkelen.Overheid: stuur niet centraler maar consistent
Minister kiest voor meer centrale sturing
Terechte zorgen
Weima betreurt de beperkte visie op de aanpak van de problemen in de sector. ,,Los van dat je onderwijskwaliteit en kansengelijkheid niet verder helpt met meer regels over bekostiging, medezeggenschap en arbeidsvoorwaardenvorming, dragen de scenario’s ook niet bij aan het aanpakken van de sturingsoverload. Dit gaat schoolorganisaties en hun leerlingen niet verder helpen.”Maatschappelijke opgave centraal
Versterking van de sector
Wanneer scholen een onvoldoende of zeer zwak oordeel van de inspectie krijgen, helpt de PO-Raad al ruim 15 jaar bij het op orde krijgen van hun kwaliteit en met onze Kwaliteitsagenda verstevigen ze de kwaliteit, transparantie en professionaliteit van schoolorganisaties. Zo werken ze bijvoorbeeld toe naar accreditatie van bestuurders.
Naar verwachting vindt er vlak voor of vlak na het zomerreces een Kamerdebat plaats over de verstuurde brief.