Onderwijsinspectie bezoekt minder basisscholen dan beloofd
07-11-2024
Elke basisschool moet minstens één keer in de vier jaar een controle krijgen van de onderwijsinspectie, maar ondanks klip-en-klare beloftes van opeenvolgende onderwijsbewindslieden aan de Tweede Kamer gebeurt dat al sinds 2014 niet meer. Ook de belofte (in 2021) dat een fors deel van de scholen nog steeds regelmatig zou worden bezocht blijkt niet te kloppen. Twee derde van de scholen is sindsdien niet meer bezocht. De Tweede Kamer is over dit alles niet geïnformeerd, blijkt uit onderzoek van de NOS en Nieuwsuur. Na vragen van de onderzoeksjournalisten stuurde staatssecretaris Paul (onderwijs) meteen een brief naar de Tweede Kamer. Daarin geeft ze toe dat de inspectie tussen 2014 en 2019 een derde van de scholen niet elke vier jaar heeft bezocht. Ook heeft de toezichthouder zijn registratie niet op orde, waardoor het ministerie zich gebaseerd heeft op onvolledige informatie en de Kamer jarenlang verkeerd is geïnformeerd. De staatssecretaris zegt dat te betreuren. In een reactie op de uitzending van NOS-Nieuwsuur erkent ook de inspectie dat in het verleden fouten zijn gemaakt in de registratie van de schoolbezoeken. ‘Hierdoor was niet duidelijk dat we niet alle scholen in het primair onderwijs eens in de vier jaar hebben bezocht. De verantwoordelijke onderwijsministers en de Tweede kamer zijn daardoor onbedoeld foutief geïnformeerd op basis van onvolledige informatie. Dit had niet mogen gebeuren.’ Maar de inspectie benadrukt ook dat ze vooral scholen wil bezoeken ‘waar je voor leerlingen en studenten het meeste verschil kunt maken. Sinds 2021 bezoeken we scholen niet meer eens per vier jaar. Hier is de Kamer meermaals in jaarverslagen en jaarwerkplannen over geïnformeerd.’ Verder vindt de inspectie een vaste toezichtcyclus niet effectief, deze legt onnodige druk op de onderwijssector. Beter is het om via de jaarlijkse risico-analyse zicht te krijgen op scholen en steekproefonderzoeken te doen. Ook al zijn fouten gemaakt in het verleden, dit doet geen afbreuk aan de huidige visie van de inspectie op wat effectief toezicht is en op de huidige manier van toezichthouden.