USN Skip to Content USN Skip to Footer

Onderhandelaarsakkoord cao’s onderwijs: 10 procent erbij

In de afspraken lopen de loonontwikkeling en aanvullende afspraken in het voortgezet en primair onderwijs gelijk op. Dit is een gevolg van het Onderwijsakkoord 2022 waarin staat dat de gedichte loonkloof tussen primair en voortgezet onderwijs niet opnieuw mag ontstaan.

Naast een loonsverhoging van 10 procent krijgen medewerkers in november 2023 een eenmalige uitkering. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen de verschillende loonschalen. Werknemers in de schalen t/m 5 ontvangen 1000 euro, in de schalen 6 t/m 9 is dat 600 euro en werknemers vanaf schaal 10/LB ontvangen 350 euro. De reden hiervoor is dat het negatief effect van de hoge inflatie vooral bij de lagere loonschalen wordt ervaren.

Behalve het salaris wordt ook de reiskostenvergoeding hoger: van 12 cent per kilometer naar 17 cent. Andere afspraken betreffen onder andere het aanpassen van de BHV-vergoeding, het beter regelen van de positie van werknemers met een afstand tot de arbeidsmarkt en de professionaliseringsafspraken voor het onderwijsondersteunend personeel.

Verder zijn er afspraken gemaakt met de bonden over onderwijstijd, lestaak en taakbeleid. Ook is in de cao vastgelegd dat startende docenten op een goede manier hun loopbaan binnen het onderwijs kunnen beginnen, met actieve en goede begeleiding en voldoende tijd om het vak eigen te maken en zo duurzaam in het onderwijs actief te kunnen blijven.

Eerder gemaakte afspraken zijn ook in de nieuwe cao opgenomen, zoals het voortzetten van de arbeidsmarkttoelage op scholen met de meeste achterstandsleerlingen (onder voorbehoud van bekostiging) en de monitoring van de ontwikkeling in de functiemix. Ook gaan sociale partners aan de slag met de wens om tot een sectorale regeling voor stagevergoedingen te komen. De leden van zowel PO-Raad, VO-raad als de bonden moeten nog instemmen met het akkoord.