USN Skip to Content USN Skip to Footer

Mobieltjes niet meer welkom in de klas

Niet meer tijdens de les een TikTokfilmpje kijken, een berichtje sturen aan een klasgenoot of een foto delen via Snapchat. In de klas zijn mobieltjes, tablets en smartwatches vanaf 1 januari volgend jaar niet meer toegestaan omdat ze afleiden en ervoor zorgen dat leerlingen slechter presteren. Dat heeft minister Robbert Dijkgraaf (OCW) afgesproken met de VO-raad, AOb, CNV-onderwijs, FvOV, Ouders en Onderwijs en LAKS.

Alleen als de mobieltjes noodzakelijk zijn voor de inhoud van de les mogen ze worden gebruikt, bijvoorbeeld in een les over digitale vaardigheden. Het is aan de scholen zelf om hiervoor met leraren, ouders en leerlingen de exacte regels af te spreken zodat iedereen in de school precies weet wat wel en niet mag. Scholen kunnen zelf de keuze maken om mobieltjes helemaal uit de school te weren. Leerlingen die afhankelijk zijn van hun telefoon, bijvoorbeeld om medische redenen of vanwege een beperking, mogen deze wel gewoon gebruiken. Voor het speciaal onderwijs komen dan ook aangepaste afspraken.

Minister Dijkgraaf: ‘Ook al zijn mobieltjes haast verweven met ons leven, in de klas horen ze niet thuis. Daar moeten leerlingen zich kunnen concentreren en alle ruimte krijgen goed te leren. Mobieltjes verstoren dit, weten we uit wetenschappelijk onderzoek, met alle gevolgen van dien. Daar moeten we leerlingen tegen beschermen.’

De komende tijd werken de betrokken organisaties de afspraak verder uit. Na de zomervakantie kunnen dan leraren, leerlingen en hun ouders met elkaar bespreken hoe dit er op hún school precies gaat uitzien, zodat zij dit op 1 januari 2024 hebben geregeld. Eind volgend schooljaar wordt geëvalueerd of de afspraak het gewenste effect heeft of dat eventueel toch een wettelijk verbod nodig is.

De PO-Raad laat weten dat de ‘mobieltjesafspraak’ nog niet van toepassing is op het primair onderwijs, maar alleen op het voortgezet onderwijs. ‘In het primair onderwijs zijn de zorgen over uitwassen met mobieltjes veel minder aan de orde’,vindt de PO-Raad. De raad overlegt nog met leden over de vraag of de afspraken eigenlijk wel nodig zijn in het primair onderwijs.