Kabinet wil ‘doorpakken’ nu lerarentekorten blijven stijgen
19-12-2024
Het lerarentekort daalde in 2024 iets, maar zal over twee jaar weer fors toenemen. Dat schrijven staatssecretaris Mariëlle Paul en minister Eppo Bruins (onderwijs) aan de Tweede Kamer over de lerarenstrategie. In hun brief zetten zij maatregelen op een rij die gericht zijn op het zorgen voor voldoende en (blijvend) goed opgeleid onderwijspersoneel. Bij deze brief verschijnen ook de resultaten van de peiling naar de personeelstekorten in het primair en voortgezet onderwijs. De laatste peiling laat zien dat in het primair onderwijs 8,1 procent van de totale werkgelegenheid van leraren (dat komt overeen met circa 7700 voltijdsbanen) niet ingevuld kan worden. Dit is een daling ten opzichte van vorig jaar, toen het om 9,7 procent en 9800 fte ging. Het tekort aan schoolleiders is nu 10 procent, in 2023 was dit 14,9 procent. Ondanks de tijdelijke daling blijft er een groot tekort, vooral in stedelijke gebieden en scholen met een hoog schoolgewicht. Hoe groter de complexiteit van de leerlingenpopulatie van een school, hoe hoger ook het tekort aan leraren op een school is, schrijven de bewindslieden. In het voortgezet onderwijs is volgens de trendrapportage arbeidsmarkt onderwijs het tekort met 5,1 procent (3800 fte) licht gedaald. Daar stijgen naar verwachting de komende jaren de tekorten vooral bij vakken als wiskunde, Duits en Nederlands. In het mbo is er naar schatting een tekort tussen 3,3 en 5 procent bij docenten (900-1400 fte). Bij het bestrijden van de tekorten is het vergroten van de zij-instroom een belangrijk wapen. Met 2244 zij-instromers die de subsidie zij-instroom hebben aangevraagd in 2024 wordt het record van vorig jaar benaderd. Met name in het voortgezet onderwijs is het aantal zij-instromers sterk gestegen. Een ander resultaat is dat volgend jaar het netwerk aan onderwijsregio’s landelijk dekkend is. Die samenwerking tussen schoolbesturen, leraren en lerarenopleidingen in zo’n regio is cruciaal, bijvoorbeeld bij het begeleiden van startende leraren en schoolleiders. En voor leraren biedt de combinatie met kinderopvang groeikansen en afwisseling. Het kabinet steekt 214 miljoen euro in het werk van de onderwijsregio’s. Ook het verhogen van het aantal gewerkte uren kan fors bijdragen aan het aanpakken van het lerarentekort. Staatssecretaris Paul deed daarom onlangs een nadrukkelijke oproep aan het onderwijs om aan de slag te gaan met nieuwe mogelijkheden hiervoor. Dat moet leraren overtuigen meer uren te maken. Zo’n meerurenbonus hoeft niet per se om geld te gaan, maar ook om flexibiliteit in het werk.