photo-1505664194779-8beaceb93744

‘Meer aandacht voor genocide Srebrenica in geschiedenisonderwijs’

Publicatie:
23 april 2020

Het woord genocide komt nauwelijks voor in de leermiddelen over Srebrenica. Terwijl daar, nu bijna 25 jaar geleden, toch de grootste oorlogsmisdaad in Europa heeft plaatsgevonden sinds de Tweede Wereldoorlog. Dat zegt historicus Marc van Berkel (Hogeschool van Arnhem en Nijmegen) na bestudering van lesmateriaal in het geschiedenisonderwijs voor basis- en middelbare scholen. Van Berkel, docent bij de lerarenopleiding geschiedenis van de HAN, heeft dit onderzoek naar lesmateriaal uitgevoerd in opdracht van vredesorganisatie PAX. Hij deed eerder voor het Nationaal Comité 4 en 5 mei onderzoek naar de wijze waarop de oorlogen in Indonesië (1942-1949) in het Nederlandse onderwijs worden behandeld.

Binnenkort is het 25 jaar geleden dat in het Bosnische stadje Srebrenica meer dan 7000 mannen werden vermoord. Op 11 juli 1995 vielen Bosnische Serviërs de ‘veilige haven’ Srebrenica binnen. Zij vermoordden duizenden moslimmannen en -jongens, die dachten veilig te zijn onder de hoede van de Verenigde Naties. In het voormalige Joegoslavië woedde in de jaren ‘90 een burgeroorlog die naar schatting 140.000 mensen het leven heeft gekost.

Van Berkel vindt dat de tragedie van Srebrenica meer aandacht moet krijgen in het geschiedenisonderwijs. Ook de nasleep van ‘Srebrenica’ in Nederland en in de internationale gemeenschap krijgt weinig aandacht, zegt de onderzoeker. ‘Wat er toen is gebeurd, is nog steeds van belang voor het afwegen van deelname aan nieuwe vredesmissies door Nederlandse militairen. Je zou vergelijkingen kunnen maken met andere vredesmissies. Dat is belangrijk voor bewustwording en meningsvorming van jongeren in de klas.’

Terug naar de lijst

Onze site maakt gebruik van cookies voor een optimale gebruikservaring. Bekijk onze privacyverklaring.

Sluit melding